In onze provincie zijn nog steeds veel kastelen, landgoederen en buitenplaatsen te vinden. In de loop van de tijd zijn er echter ook heel veel verdwenen. Dit overzicht neemt je mee langs tien imposante kastelen en buitenplaatsen die ooit in Zuid-Holland te bewonderen waren en waarvan niet of nauwelijks iets is overgebleven. Gelukkig hebben we de tekeningen nog.
De afbeeldingen zijn afkomstig uit de Atlas Schoemaker, een publicatie van textielkoopman Andries Schoemaker. In de achttiende eeuw reisde hij door ons land en legde historische gegevens vast van de dorpen en steden die hij bezocht. Hij maakte zelf tekeningen, maar gaf ook anderen opdracht tekeningen te maken. Soms gebeurde dat ter plekke, soms werd gebruik gemaakt van oudere tekeningen die nagetekend werden.
Kasteel Westerbeek (boven) lag aan de weg van Den Haag naar Loosduinen. Het werd in de vijftiende eeuw gebouwd en is aan het eind van de achttiende eeuw afgebroken.
Dit huis komt voor het eerst in de bronnen voor in de twaalfde eeuw en lag aan de Meijewetering. Tijdens het beleg van Leiden werd het door de Leidenaren preventief afgebroken, maar daarna weer opgebouwd. Rond 1800 werd het weer gesloopt, nu definitief.
De bekendste bewoner van dit uit de veertiende eeuw stammende, indrukwekkende kasteel was Jacoba van Beieren. Het kasteel werd in 1577 in opdracht van het stadsbestuur gesloopt. Bijzonder: de keldergewelven zijn uitgegraven en te bezichtigen. Er gaan veel verhalen over onderaardse gangen, maar deze zijn – helaas – nooit aangetroffen.
Slot Arkel in Gorinchem – niet te verwarren met slot Arkelsburg in Arkel – werd in de dertiende eeuw gebouwd door de heren van Arkel, langs de Merwede, op de plek van de huidige wijk Wijdeschild. Het werd gesloopt in 1410.
Deze imposante buitenplaats lag aan de Oude Rijn, ten oosten van Alphen aan de Rijn. Langerode werd in 1663 gebouwd en is vermoedelijk rond 1800 gesloopt. Alphen aan den Rijn was in trek bij buitenplaatsbezitters, ooit lagen er een kleine 50 buitenplaatsen.
Dit kasteel, ook wel bekend als Huis Wijngaarden, komt voor het eerst in de bronnen voor in 1389. Het werd in 1743 gesloopt. Bij archeologisch onderzoek in 1953 zijn resten van muren en een waterput teruggevonden.
De resten van kasteel Zwieten bevinden zich onder het Heinekencomplex in Zoeterwoude. Alleen de gracht is nog zichtbaar. Wanneer het kasteel, ook wel bekend als Huis te Zwieten, werd gebouwd is onduidelijk. Het werd in 1794 afgebroken. Het puin werd gebruikt voor de bestrating van de weg van Den Haag naar Utrecht.
Rond 1600 vestigden de heren van De Lier Hof Oosterlee, ook wel bekend als Hof te Lier. Het lag in Oostbuurt, tussen De Lier en Den Hoorn, en werd in de eerste helft van de negentiende eeuw afgebroken.
Eind veertiende eeuw gebouwd door ridder Willem van Egmond, ambachtsheer van Zegwaart. Het kasteel lag in de huidige Dorpsstraat. De palen waarop de woontoren was gebouwd zijn tijdens opgravingen teruggevonden. Palenstein werd in 1791 afgebroken.
Op deze plek stond in 1246 al een huis, waarschijnlijk een versterkte boerderij. Een eeuw later verplaatsten de heren van Geervliet het bestuurscentrum van de regio naar deze plek en werd het ingrijpend verbouwd. Het Hof van Putten werd in 1830 afgebroken.
Waarom werden kastelen en buitenplaatsen eigenlijk gesloopt?
Middeleeuwse kastelen verloren in de veertiende en vijftiende eeuw hun verdedigingsfunctie, toen het buskruit werd geïntroduceerd en de kasteelmuren daar niet tegen bestand bleken. Sommige kastelen en landhuizen werden tijdens de Opstand in de zestiende eeuw afgebroken. Zowel Spaanse troepen als Hollandse stedelingen sloopten landhuizen en kastelen, om te voorkomen dat ze als uitvalsbasis zouden worden gebruikt door de tegenpartij.
De zeventiende en achttiende eeuw gelden als de hoogtijdagen van landgoederen en buitenplaatsen. Oude kastelen werden uitgebouwd tot comfortabele landhuizen en rijke regenten lieten massaal buitenplaatsen bouwen. Aan deze bloeiperiode kwam een einde in de Franse Tijd, rond 1800. Adellijke bezittingen werden in beslag genomen, privileges verdwenen en het erfrecht werd vernieuwd. Eigenaren van landgoederen en buitenplaatsen kregen het financieel zwaar. Hoewel de oude machtsverhoudingen later deels hersteld werden, haalden veel buitens het einde van de eeuw niet. Sommige landgoederen werden afgegraven omdat het zand goed te verkopen was, andere werden gesloopt om het vrijgekomen land als tuinbouwgrond te gebruiken of voor de aanleg van nieuwe stadswijken.
Plaats een reactie
Heb jij een verhaal over de Zuid-Hollandse geschiedenis?
Welk verhaal mag volgens jou niet ontbreken op deze website? Deel je verhaal of tip met de redactie! Lees de voorwaarden en tips voor het schrijven van een verhaal.
Ontvang de laatste verhalen in je mailbox
Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe publicaties? Abonneer je dan op onze nieuwsbrief!
3 reacties
Wat interessant en zo dicht bij!
Interessante geschiedenis. Hoe kwamen ze aan hun vermogen om hun kastelen uit te bouwen en buitenplaastsen te bouwen?
Beste Wonke, dat verschilde nogal. In de middeleeuwen waren het vaak mensen van adel die stukken grond konden verpachten, later waren er ook veel rijke koopmannen en industriëlen die een buitenplaats aankochten of lieten bouwen.
de foto van het slot arkel is de blauwe toren