Naar overzicht

"De eerste keer dat ik door het hek kwam, was een soort betovering"

05 april 2023 — 1 reacties

Wie woonden en werkten er op de buitenplaatsen van de Landgoederenzone, wie doen dat nu nog? Wat was en is hun aandeel aan het beheer en behoud van deze plekken? Hoe ervaren zij dat? Bekijk het in de tiendelige filmserie 'Verhalen van Hollands Buiten'.

Verspreid over het eeuwenoude binnenduinlandschap langs de Hollandse kustlijn, tussen Hillegom en het Westland, liggen tientallen landgoederen en buitenplaatsen: Hollands Buiten. Veel van deze buitenplaatsen dateren uit de Gouden Eeuw, toen rijke Hollandse handelaren zich een zomerverblijf buiten de stad konden veroorloven, maar bij sommige gaat de geschiedenis veel langer terug.

Veel van de landgoederen die hier ooit hebben gelegen zijn verdwenen. De landgoederen en buitenplaatsen die hier nog wel liggen vertellen uiteenlopende verhalen over de geschiedenis van ons land. In de loop der eeuwen is er wel veel veranderd. Niet alleen zijn de landgoederen meermaals van vorm en eigenaar verwisseld, de meeste hebben ook niet meer hun oorspronkelijke functie.

Betrokkenen van landgoederen delen hun buitenplaats

Hieronder volgt een tiendelige serie films over het beheer van buitenplaatsen en landgoederen in de Landgoederenzone. De films belichten bijzondere verhalen, vaak verteld door de ogen van direct betrokkenen. Elke film heeft een andere insteek, het zijn de verhalen van de tuinbaas, de huishoudster, de buurtbewoner.

"Wij zíjn Oostergeest." De familie Leemans over landgoed Oostergeest

Buitenplaats Oostergeest in Warmond is, zoals veel andere buitenplaatsen en landgoederen, voortgekomen uit een boerderij die in de 17de eeuw uitgroeide tot een hofstede. De buitenplaats heeft meerdere eigenaren en bewoners gekend en is in de loop der eeuwen diverse malen verbouwd. Zo werd in de eerste helft van de 18de eeuw een koepelkamer toegevoegd, werd een in die tijd modieuze Franse tuin aangelegd en werden de nodige omliggende landerijen aan de buitenplaats toegevoegd. Uit die periode dateert ook de naam Oostergeest. In de eerste helft van de 19de eeuw vond de laatste grote verbouwing plaats, waarbij onder meer het huis werd verhoogd. Ook de tuin werd opnieuw aangelegd, dit keer in landschapsstijl volgens de op dat moment geldende mode. Sindsdien is Oostergeest in grote lijnen het zelfde gebleven. Waar Oostergeest in vroeger tijden een verblijf was om de zomer door te brengen en gasten te ontvangen, werd het uiteindelijk een landgoed waar permanent werd gewoond. Dat is het tot op de dag van vandaag gebleven.

En dat laatste aspect maakt Oostergeest extra bijzonder omdat er niet veel particuliere buitenplaatsen en landgoederen meer zijn in de landgoederenzone. Sinds het midden van de 19de eeuw is Oostergeest in bezit van de familie Leemans. Hoe is het om als particulier een landgoed te runnen en beheren, welke uitdagingen kom je tegen? En wat is de meerwaarde van particuliere landgoederen? Bekijk het in onderstaande documentaire.

Lucelle en Joan Willem Leemans bij hun Buitenplaats Oostergeest in Warmond

"Dever had vanaf het begin vrijwilligers nodig." Ignus Maes over 't Huys Dever

’t Huys Dever is een bijzondere locatie binnen de Zuid-Hollandse landgoederenzone. Dever en de in buurdorp Sassenheim gelegen ruïne van Teylingen zijn de enige twee zichtbaar middeleeuwse donjons. Net als diverse andere kastelen met een Middeleeuwse oorsprong heeft Dever zich in de loop der eeuwen ontwikkeld tot een buitenplaats. Maar na decennia van verval stortte halverwege de 19de eeuw eerst het voorhuis in en in de decennia daarna ook het dak en vervolgens de vloeren van de toren.

Zo resteerde in de twintigste eeuw in Lisse, net als in Sassenheim, slechts een ‘holle kies’. In Lisse kwam echter een halve eeuw geleden een krachtig initiatief van de grond waarbij de ruïne werd gerestaureerd, diverse opgravingen plaatsvonden, het voorterrein en de basis van de verdwenen bouwwerken weer zichtbaar werden gemaakt en tuinen zijn aangelegd om de sfeer en het biotoop van Dever in ere te herstellen.

Inmiddels is Dever tienduizenden (zo niet meer) vrijwilligersuren, veel onderzoek, jaren van openstelling voor lokaal, regionaal en internationaal publiek verder en is Dever voor de komende generaties gered en teruggebracht als trots symbool van de lange geschiedenis op deze plek. Die ontwikkeling, onder de bezielende leiding en uitvoering van de vrijwilligers, is de reden om dit verhaal in 'Verhalen van Hollands Buiten' mee te willen nemen in de vorm van een oral history project. Verteld door één van die vrijwilligers, bijna van het eerste uur: Ignus Maes, de man die al 50 jaar betrokken is bij Dever en die het als zijn broekzak kent.

Ignus Maes vertelt over 't Huys Dever en is al meer dan 50 jaar betrokken

"De eerste keer dat ik door het hek kwam, was een soort betovering." Remko Posthuma over Berbice

Zoals bij veel buitenplaatsen en landgoederen ligt ook bij Berbice de oorsprong in een of meer oude boerderijen. Bij Berbice gaat het om de Corneliahoeve en Allemansgeest, beide terug te vinden in archiefstukken uit de 15de eeuw. De Corneliahoeve brandde af tijdens beleg van Leiden, maar werd herbouwd en bevindt zich nog altijd aan de andere kant van een van de historische tuinmuren van het huidige Berbice. De buitenplaats, die ontwikkeld werd vanaf de 17de eeuw, heeft vele bezitters en bewoners gehad die er hun sporen hebben achtergelaten: van een vaarsloot tot een unieke oranjerie, van een landschapspark tot een rozentuin omringd door historische tuinmuren.

De laatste koper was Carel Begeer, directeur van de naastgelegen zilverfabriek Van Kempen en Begeer, die het huis met zijn familie ging bewonen. Het was Carels dochter Rudolpha, die op dat moment 22 jaar was, voor wie Berbice tot 2009 de thuisbasis bleef die zij tegen de maatschappelijke ontwikkelingen en vaart der volkeren in bleef beschermen met alles wat tot haar beschikking stond. Aan deze laatste particuliere bewoner van Berbice hebben we te danken dat de buitenplaats, kwetsbaar als zij is, nog altijd zo begeerlijk is als zij honderden jaren voor al die wisselende bewoners is geweest. Een unieke, spraakmakende en karaktervolle vrouw, die na haar dood de verantwoordelijkheid heeft overgedragen een stichting en een vertrouweling: haar jonge steun en toeverlaat Remko Posthuma, die zij heeft geïnspireerd met haar verhalen, haar tomeloze inzet en met de waarde van de plek die zij wilde beschermen en behouden voor de toekomst.

Dat is de reden om dit verhaal in 'Verhalen van Hollands Buiten' mee te willen nemen in de vorm van een oral history-project. Verteld door de vertrouweling en bovendien vrijwilliger van het eerste uur, die als een van de weinigen exact weet hoe mejuffrouw Begeer het zou hebben gewild: Remko Posthuma, de man die als 14-jarige jongen betoverd werd door deze bijzondere buitenplaats en die er alles aan doet om de waarden van deze fragiele plek te behouden. Omdat het belangrijk is deze waarden over te dragen en te gunnen aan toekomstige generaties.

Remko Posthuma werd als 14-jarige jongen betoverd door buitenplaats Berbice.

"Met mijn broer en zus speelden we hier vroeger in het bos." Karin Zwinkels over Ockenburgh

Buitenplaats Ockenburgh is een bijzondere plek binnen de Zuid-Hollandse landgoederenzone. Het is een plek die van een ‘wildernisse’ met enkele hofsteden, dankzij de visie van haar stichter Jacob Westerbaen, die uitgroeide tot een buitenplaats met landhuis, bijgebouwen, moestuin en al wat er bij een buitenplaats hoort. En dan vooral: een buitenplaats waar iedereen welkom was - er stond geen hek omheen: “De schouwburg is hier vrij”.

Ruim 250 jaar particuliere bewoning later werd Ockenburgh aan het begin van de 20ste eeuw opgesplitst in delen en in 1931 werd het huidige Ockenburgh eigendom van de gemeente Den Haag. Inmiddels was Ockenburgh gebruikt voor de opvang Belgische militairen in de Eerste Wereldoorlog, er was een (hulp)vliegveld aangelegd, er waren Joodse kinderen opgevangen in de jaren 1930 en Ockenburgh had een centrale rol gespeel in de Slag om Den Haag aan het begin van de Tweede Wereldoorlog. In de jaren vijftig kwamen er een camping en een jeugdherberg. Van de oorspronkelijke aanleg bleef steeds minder over maar in 1990 kreeg het landschap internationale status als beschermd natuurgebied.

Na sluiting van de jeugdherberg in 1996 stond het complex echter twintig jaar te koop, zonder succesvolle plannen en met schrikbarend verval. Tot in 2012 een groep omwonenden een uniek en inspirerend initiatief nam en Den Haag burgerparticipatie een kans gaf. Inmiddels is Ockenburgh tienduizenden vrijwilligersuren, kennis, donaties en krachtenbundelingen verder en is de buitenplaats Ockenburgh voor de komende generaties gered als bijzondere ontmoetingsplek in een verschralende buurt.

De inspirerende ontwikkeling van de buitenplaats was de reden om juist dit verhaal in 'Verhalen van Hollands Buiten' mee te willen nemen in de vorm van een oral history-project. Het verhaal wordt verteld door Karin Zwinkels. Zij kwam als kind al op Ockenburgh, later ook met haar kinderen en tegenwoordig met haar kleinkinderen. Als Westlandse tuindersdochter en tuindersvrouw voelt zij een sterke relatie tussen Ockenburgh en het Westland, een relatie die zij bevestigd ziet in het verleden van deze bijzondere plek. Karin is bovendien al jaren betrokken bij het herstel van de buitenplaats en inmiddels is zij al anderhalf jaar voorzitter van de stichting.

Voorzitter Karin Zwinkels spreekt over buitenplaats Ockenburgh

"Onze baron hebben we voor altijd in ons hart gesloten." Huishoudkundige Margriet den Hollander over de baron van Calorama

Calorama is een relatief onbekende landgoedparel binnen de Zuid-Hollandse Landgoederenzone. Het ligt aan de rand van Noordwijk, ingeklemd tussen het centrum, een nieuwbouwwijk, het kerkhof en de Gooweg. De huidige buitenplaats is ontstaan uit een 18de-eeuwse kruiden- en rozenkwekerij, later ook bloembollen. Deze geschiedenis is, ondanks het feit dat van het oorspronkelijke landgoed nog slechts 5 hectare resteert, nog steeds af te lezen aan de aanwezigheid van houtwallen uit de tijd van de bollenteelt, en diverse restanten van het vroegere kwekersbedrijf, zoals de 17de-eeuwse kruidendrogerij, 18de-eeuwse tuinmuren en de rozentuin.

Hendrik Maximiliaan Baron Taets van Amerongen van Renswoude (1933 – 2015) was de laatste particuliere eigenaar en bewoner van dit Noordwijkse landgoed. Hij heeft decennia gewerkt aan herstel en restauratie van het landgoed en van de historische gebouwen. Ook voor de tuin had hij plannen, maar daarvoor ontbrak hem de energie. Na zijn overlijden in 2015 liet hij niet alleen de buitenplaats na, maar ook een groen testament. De stichting die sindsdien eigenaar en beheerder is van Calorama, zet zich in om dit testament en het beheer zo goed mogelijk uit te voeren, in de geest van de laatste eigenaar. Dat kunnen zij mede dankzij het feit dat in het bestuur van de stichting de twee ‘kunstzonen’ van de baron zitten: Marnix Ruys en Sicco de Jong.

Twee andere belangrijke personen die goed weten hoe de baron over de dingen dacht zijn de voormalige huishoudkundigen: Margriet en Nel, die 21 jaar voor de baron hebben gewerkt. Margriet den Hollander heeft grote waardering voor de heer Taets, voor zijn humor, zijn energie, zijn kennis en zijn manier van omgaan met de twee huishoudkundigen. Zij bewaart goede herinneringen en ontelbare anekdotes aan de tijd dat zij voor hem heeft mogen werken in dit prachtige huis. Een baan die, zoals zij zelf aangeeft, haar leven heeft verrijkt. Daar kan zij prachtig over vertellen.

Omdat er niet veel particuliere landgoedeigenaren meer zijn, en nog minder huispersoneel, is het verhaal van Margriet zeer de moeite waard om vast te leggen als Verhaal van Hollands Buiten.

Margriet, Sicco en Marnix vertellen over meneer Taets van Amerongen, de laatste bewoner van Calorama

"Het was een prestige om zondag thee te drinken in de kas rond de ananas." Dorothée Koper over historische moestuinen

Boerenkleinzoon Taco IJzerman is al zijn hele leven met tuinen en moestuinen bezig en heeft daar zijn werk van weten te maken. Hennes Claassen, voorzitter van het landelijke Gilde van tuinbazen, is geboren tussen de snijbonen in de moestuin van zijn ouders, en dat heeft hem nooit losgelaten. Dorothée Koper is zelf 10 jaar geleden begonnen een moestuin te herstellen bij Villa Ruys. Ze vindt niet alleen het behoud van erfgoed belangrijk, het buiten werken doet haar ook goed. 

Moestuinen bestaan al sinds mensen zich op een vaste woonplek gingen vestigen. Buitenplaatsen en landgoederen hadden dan ook, naast een huis met tuinen en parken, altijd moestuinen, kassen, boomgaarden en andere onderdelen van een productietuin. Bedoeld om de bewoners van deze plekken van voedsel te voorzien op hun buitenverblijf en in hun stadsverblijven. Bovendien konden in de eigen moestuinen exclusieve groenten als asperges, artisjokken en kardoen worden gekweekt en exotische vruchten als perzik, vijg en ananas. Echter werd het beheer van moestuinen steeds duurder en verdwenen veel moestuinen na de Eerste Wereldoorlog. 

Omdat er toenemend aandacht is voor lokaal geteelde groenten en fruit genieten ook moestuinen van de groeiende belangstelling. Om de schoonheid, maar ook om te onderzoeken hoe er vroeger werd geteeld en om inspiratie te vinden voor zorgvuldig beheer. Niet alleen op individuele locaties maar ook regionaal wordt gekeken naar dit lange tijd vergeten erfgoed. Erfgoedhuis Zuid-Holland en provincie Zuid-Holland maakten een inventarisatie naar historische moestuinen in 2022.

Dorothée, Hennes en Taco vertellen vertellen over hun passie voor moestuinen

"Je raakt eraan gewend dat er ijsbloemen op de ruiten staan." Jan Sevenster over Huys te Warmont

Huys te Warmont in Warmond is een monument met een geschiedenis die terug gaat tot de Middeleeuwen. Het kasteel heeft diverse malen geleden onder strijdgewoel: het werd in 1420 en 1426 verwoest tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten. Vervolgens brandde het huis af ten tijde van de Spanjaarden. Bij de restauratie na deze schade ontstond de huidige U-vorm, waarbij het centrum van het woonhuis verplaatste naar het midden van het huis. De middeleeuwse donjon is nog altijd zichtbaar in een van de torens. Het kasteel wordt omringd door water en een prachtig parkbos.

In 1961 werd het huis eigendom van een stichting. Sindsdien wordt het bewoond door meerdere huurders.Het werd echter steeds ingewikkelder voor de stichting om zo’n groot en complex gebouw goed te beheren en te onderhouden. Daarom werd Hendrick de Keyser Monumenten in 2018 eigenaar van Huys te Warmont. Zij zorgen er met een uitgebreide restauratie voor dat het Huys weer een eeuw vooruit kan. Hoe het is om zo’n monumentaal huis te bewonen? En wat voor visie en drive zijn er nodig om dit pand duurzaam klaar te maken voor de toekomst? Bewoner Jan Sevenster en architect Stephan Ligtvoet van Hendrick de Keyser Monumenten vertellen je hier alles over in deze film.

Bewoner Jan Sevenster en architect Stephan Ligtvoet vertellen over Huys te Warmont

"De Italiaanse stoffabrikant Rubelli ontwikkelde een stof genaamd De Keukenhof." Oud-hofleverancier Ton Tibboel over kasteel Keukenhof 

Bij de naam Keukenhof denken de meeste mensen aan tulpen en toeristen. Maar wat veel mensen niet weten is dat er op steenworp afstand van deze internationaal bekende bloementuin het kasteel Keukenhof staat. Beiden maken onderdeel uit van het landgoed Keukenhof. De geschiedenis van dit landgoed gaat terug tot in het midden van de 17de eeuw toen een landhuis met boerderij werd gesticht.

Halverwege de 18de eeuw werd het uit 1642 stammende landhuis verbouwd tot het huidige kasteel Keukenhof. Vanaf dat moment werd de firma Tibboel betrokken bij de stoffering van het kasteel. Ton Tibboel is oud-eigenaar van deze firma en de zesde generatie vertelt je in deze video meer over de firma Tibboel, van oorsprong een zadelmakerij in Lisse. Mede dankzij de opgebouwde persoonlijke relatie met de familie Van Lynden, de laatste particuliere bewoners van het kasteel, heeft hofleverancier Tibboel de sfeer in het kasteel mede bepaald. Ook vertelt Tibboel leuke anekdotes. De leverancier van Tibboel, de Italiaanse stoffabrikant Rubelli, kwam in contact met de bewoner van de Keukenhof en raakte geïnspireerd om een stof met een uniek dessin te ontwikkelen: de Keukenhof. 

De Keukenhof heeft volgens Tibboel in uniek karakter: 'De Keukenhof is uniek in deze streek. Daar ben ik als Lisser trots op.' Conservator Charlotte Ebers vertelt je hoe dit landhuis transformeerde van landhuis naar kasteel en welke bewoners deze opdracht gaven. 'Als je de torens wegdenkt, dan zie je duidelijk het oude landhuis.' 

Oud-hofleverancier Ton Tibboel en conservator Charlotte Ebers nemen je mee in het verhaal over landgoed de Keukenhof

“Als kind klom ik met een buurjongen in de kastanjeboom van Rusthoff, de parkwachter wachtte ons op” - Sassenheimer en historicus Piet Langeveld

In het centrum van het bollendorp Sassenheim ligt een prachtig landschapspark waar de hele gemeente van geniet. Dat dit park een langere geschiedenis heeft dan de meeste gemeentelijke groenvoorzieningen in Nederland is best bijzonder.

Historicus Piet Langeveld neemt je mee in het verhaal van Rusthoff. Piet Langeveld is geboren en getogen Sassenheimer en heeft zijn hele leven vlakbij het park gewoond. Zijn voorouders woonden er al voor Rusthoff werd gebouwd en het Zocherpark werd aangelegd, familieleden hebben zaken gedaan met de familie en gewerkt voor de familie. Al als kind speelde Piet graag in het park, waar hij via de bomen langs de brandsloot makkelijk in kon komen. En hij is altijd nieuwsgierig geweest naar allerlei bijzonderheden, zoals waarom de rechte melksloot ‘melksloot’ heette, waar de brandsloot voor diende, wie de buren waren die intieme relaties hadden met de familie Charbon.

Historicus Piet Langeveld neemt je mee in het verhaal van Rusthoff

"Wat doe je in godsnaam in een klooster? Je moet van het leven genieten" - zuster Angélique Dolle over hoe mensen anders reageerden na de oorlog

Bijna 150 jaar geleden kocht de Congregatie van de Heilige Catharina van Siëna de toen al bijna twee eeuwen oude buitenplaats Bijdorp in Voorschoten. Daarmee kreeg deze plek een totaal andere bestemming dan de rest van de landgoederenzone. Anderhalve eeuw lang was Bijdorp voor de zusters hun thuisbasis.

De in 1841 opgerichte Congregatie nadert nu haar voltooiing. Daarom hebben de zusters na gedacht over de toekomst van deze bijzondere plek, waar de geschiedenis en de waarden van hun werk en en levensvisie zo verankerd zijn. In deze video vertellen ze niet alleen over het landgoed, ook over hun keuze voor de Congregatie en de toekomst.

Zusters vertellen over Landgoed Bijdorp, de toekomst en over hun keuze voor de Congregatie.

"Gekscherend zeggen we weleens dat de landgoederenzone in Zuid-Holland de Loirestreek van Nederland is" - Erfgoedspecialist Carla Scheffer

Wie woonden en werkten er vroeger op de buitenplaatsen van de landgoederenzone? Wie doen dat vandaag de dag? Hoe is de landgoederenzone in Zuid-Holland ontstaan? In deze slotaflevering vertelt erfgoedspecialist Carla Scheffer van de gemeente Wassenaar je alles over de landgoederenzone van Zuid-Holland. Dit is voorlopig de laatste aflevering van de reeks bijzondere verhalen van de directe betrokkenen van landgoederen.

Sinds de 17de eeuw is er veel veranderd. Hoewel de meeste huizen, tuinen en parken hun oorspronkelijke functie inmiddels hebben verloren vormen ze nog altijd een herkenbare ‘groene long’ in de drukke Randstad, waar bijzondere verhalen te vertellen zijn over verleden, heden én toekomst. En waar vooral ook veel te beleven en te genieten is. 

Erfgoedspecialist Carla Scheffer vertelt over de landgoederenzone van Zuid-Holland
Meer weten over 'Verhalen van Hollands Buiten'

Lees op de website van Erfgoedhuis Zuid-Holland over de totstandkoming van deze filmserie.

Tips of ideeën voor vervolg

Met deze elfde aflevering is de reeks voorlopig aan het einde gekomen. Heb je ideeën of tips voor een vervolgserie? Neem dan contact op met stichting Monument & Verhaal. Wil je op de hoogte gehouden worden van dit filmproject en een eventueel vervolg? Abonneer je dan op de nieuwsbrief van de stichting.

Met dank aan

Het project Verhalen van Hollands Buiten wordt mede mogelijk gemaakt door Stichting Monument & Verhaal, de provincie Zuid-Holland, De Bander Fonds van het Prins Bernhard Cultuurfonds Zuid-Holland, Fonds 1818 en J.E. Jurriaanse Stichting. Erfgoedhuis Zuid-Holland ondersteunt in de marketing van het project.

1 reacties

Andrea 02 september 2023

Weten van de landerijen en huizen van de mensen is helend in een gebied van nieuwbouw. Gelukkig hebben de appartementen hier nadat zorgflat gesloopt werd de namen van deze landerijen. Ik woon in Welgelegen en tegenover me het gebouw Bethlehem. Waar jan ik info vinden over de oorspronkelijke gebouwen met deze namen?

Plaats een reactie

Verzenden

Heb jij een verhaal over de Zuid-Hollandse geschiedenis?

Welk verhaal mag volgens jou niet ontbreken op deze website? Deel je verhaal of tip met de redactie! Lees de voorwaarden en tips voor het schrijven van een verhaal.

Ontvang de laatste verhalen in je mailbox

Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe publicaties? Abonneer je dan op onze nieuwsbrief!

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.