Naar overzicht

Little Britain in Ridderkerk

Kelvin Wilson
— 1 reacties

In oktober 2022 plaatsten we een oproep voor persoonlijke verhalen over migratie. Kelvin Wilson stuurde dit verhaal in over de kleine Britse kolonie die in Ridderkerk ontstond dankzij een advertentie voor banen bij scheepswerf Boele Bolnes. "De mannen werkten hard aan nieuwe schepen, als lassers, pijpfitters, ketelmakers en snijbranders, de vrouwen bakten hun angel buns, crumble pies, toffee apples en Yorkshire puddings." 

In de jaren 1973 en ’74 vestigden zich op uitnodiging van scheepswerf Boele Bolnes enkele tientallen Engelse families in de gemeente Ridderkerk. Deze gastarbeiders  kwamen uit de streek net ten zuiden van de grens met Schotland en spraken met een zwaar regionaal accent. Rondom enkele straten in Slikkerveer vormden zij een hechte gemeenschap. Op straat speelden hun kinderen in het zwart-wit gestreepte voetbaltenue van Newcastle United.

De gok wagen

“It all happened so fast”, herinnert Anne Wilson zich. Haar man Lisle werkte, net als zijn vader voor hem, als snijbrander op een scheepswerf aan de rivier Tyne in Noordoost-Engeland. Maar in de beleving van het jonge stel voltrok zich daar een apocalyptische neergang. Massastakingen van mijnwerkers verhinderden de aanvoer van steenkolen naar de energiecentrales waardoor er vaak geen elektriciteit was. De stegen lagen vol met vuil omdat de vuilnismannen staakten. Zelfs de doodgravers stopten ermee. De mortuaria puilden uit met de doden.

Ondertussen kwam de grootste scheepswerf van Ridderkerk, het aan de Ringdijk in Bolnes gevestigde Boele, vaklui te kort. Nadat op 1 januari 1973 de Britse eilanden tot de EU toetraden, plaatsten zij advertenties in Noord-Engelse kranten in een poging de daar zo twijfelende mannen te ronselen voor werk in het dorp aan de Noord.

Een advertentie van de toen bloeiende scheepswerf Boele Bolnes in een Engels vakblad. Bron: Kelvin Wilson

De jonge twintiger Lisle Wilson nam de gok en schreef een brief. Weldra werd hij uitgenodigd op een zondagmorgen naar een hotel in het centrum van Newcastle te komen voor een gesprek met de heer Maathuis, personeelsmanager van Boele. Na deze eerste kennismaking bracht Maathuis samen met zijn vrouw een bezoek aan de flat van de Wilsons. Hij had een fotoalbum meegebracht. Zo zagen zij voor het eerst de plek die hen als woonplek werd voorgehouden: het polderdorp Slikkerveer. En hij nodigde hen uit gauw zelf eens te komen kijken; zouden ze toehappen, dan beloofde hij ze zelf weer op te halen om te begeleiden naar Nederland.

Het weekeinde dat de Wilsons doorbrachten in Nederland waren zij in het gezelschap van andere Engelsen die ook op de advertentie hadden gereageerd, waaronder Alan Collins, een lasser, en zijn vrouw Heather, Ken Taylor en zijn echtgenote Carol, en Derrick en Joan Chamley. Op zaterdag werden ­de vrouwen rondgeleid op de markt van Rotterdam, met koffie en cake als traktatie, de mannen gingen ondertussen naar de scheepswerf waar ze op hun professionele kennis werd getest. Kun je een brander aan krijgen? werd hen bijvoorbeeld gevraagd. De lassers moesten laten zien hoe goed ze lassen konden. Die avond kregen de stellen van Boele een diner aangeboden in Café Sport op het Raadhuisplein. Engelse mannen die al eerder de oversteek hadden gemaakt, John Nicholson en Bob Blair, waren aanwezig om vragen te beantwoorden (de aanwezigheid van Bob verrastte Lisle: de twee kenden elkaar al van de marinewerf in Engeland, maar wisten niet elkaar in Ridderkerk weer tegen te komen). Daarna werden de Britten elk apart naar een kamertje geroepen waar de bazen van Boele hen opwachten met een contract. “Do you want the job? Then sign here.”

Voor de meeste van de Engelsen was dit weekeinde de eerste keer dat ze ooit in het buitenland waren, op zondagavond wisten sommige van hen al dat hun toekomst er lag.

Vliegensvlugge verhuizing

Boele regelde vervolgens verhuisteams om de nieuwe arbeiders en hun gezinnen overzee te krijgen. Men ging daarbij zo voortvarend te werk dat koelkasten met etenswaren en al werden ingepakt, en Lisle Wilson thuiskwam met de schrik dat zijn werkklof zijn enige nog resterende kleren waren. Zijn gezin, inclusief twee kleuters, vloog op een donderdag in maart 1974 naar Schiphol waar zij en de andere gezinnen met een bus naar het Dillenburgplein in Slikkerveer werden gereden. Op maandag begon hij al aan zijn nieuwe baan in de scheepsreparatie, gekoppeld aan een Spaanse werkmaat die geen Engels sprak en voordat Lisle zelf aan zijn dagelijkse lessen Nederlands was begonnen. Hij ging er, zoals hij zelf zegt, “straight in at the deep end.” Desondanks zorgde de werf in Bolnes goed voor z’n buitenlandse vakmensen. “De eerste keer dat ik overwerk moest doen”, in groot contrast met de troosteloze situatie die men in Noord-Engeland achter had gelaten, “stond er een Mercedes taxi klaar om me er naar toe te brengen…”

De gastarbeiders Alan Lacey, een lasser, en snijbrander Lisle Wilson poseren tijdens het werk. Bron: Kelvin Wilson

Dit was allemaal in april 1974. De oproep waar ze op hadden gereageerd, had in februari in de krant gestaan. Het leven van deze jonge Engelse mensen had inderdaad snel een andere richting gekregen. “Ik woonde in een groenere omgeving op het Engelse platteland”, mijmert Heather Hennessey, “dan waar ik hier in terecht kwam.” Ze pinkt een traan weg. Anderen ervoeren het tegenovergestelde. Carol Taylor, bijvoorbeeld, woonde in Engeland pal naast een kolenopslag; in Nederland was het eerste dat haar opviel dat het hier heel anders rook. De meesten verruilden een kleine 19e-eeuwse woning met buiten-wc in een zwart beroete Engelse stad voor een leven in het opgeruimde Ridderkerk.

De inmiddels tientallen gezinnen maakten zelf de keuze welke van de door Boele aangewezen woningen ze wilden hebben. Sommigen kozen voor de omgeving van de Hollandsestraat, anderen de componistenbuurt in Slikkerveer. Met werf-collega Lee Towers als buurman woonden daar in de ene flat de families Collins en Smith, twee families Wilson in de Schubertstraat evenals de gezinnen Cairns, Nicholson en Galloway, met de gezinnen Taylor, Bedlington, Hunt, Walters en de Blairs in de Van Beethovenstraat; de vrouwen communiceerden met elkaar, met luide stem, via hun balkons. Eén van hun kleuters met zijn Noord-Engels accent riep zijn naam naar de mensen die beneden voorbij trokken, “and I’m from Newcas’le!”, verbouwereerd hun reactie niet te verstaan. De kinderen gingen weldra naar school en alhoewel opvallend bleker en kleiner van bouw dan hun Nederlandse klasgenoten, assimileerden zij snel. Hun moeders werd door Boele lessen in de Nederlandse taal aangeboden. Iedereen, jong en oud, leerde met veel plezier fietsen.

Mark Wilson en Janice Taylor verkleed als Hollandse boeren voor een feest op kleuterschool ‘t Mussenest, circa 1976. Bron: Kelvin Wilson

Britse tradities

Nochtans bleven zij stoïcijns vasthouden aan hun Britse karakter. De wijze waarop Nederlanders de bus instapten zonder eerst een rij te vormen, beschouwden ze als onbeleefd. Er was een levendige uitruil van Engelse etenswaren (‘bacon’ haalden ze van een winkel in Maassluis, ze kenden maar één plek in de wijde omgeving waar soms— “en dat was erg belangrijk voor ons”, lacht Anne Wilson— goede Engelse chocolade te halen viel), elk gezin at in het weekeinde een ‘Sunday roast’, maar wat thee betrof hadden ze geen keuze dan de Nederlandse merken te drinken. Ze vonden het, zelfs met een wolkje melk, smerig.

De Engelse gemeenschap in Slikkerveer voedde hun kinderen op in de tradities waar ze zelf vertrouwd mee waren. Verjaardagen werden gevierd met spelletjes als Pass the Parcel, en door alle moeders gemaakte cakes en jelly (“Nederlandse schoolvriendjes die waren uitgenodigd, wisten niet wat ze daar mee aan moesten”); toen één van de meisjes 21 werd, kreeg zij een zilveren sleutel omdat ze naar traditie nu ook de leeftijd had zelf een huishouden te voeren. Oud en Nieuw vierden de Engelsen tweemaal, eerst om twaalf uur en nadat met het tijdsverschil ook de klok in hun geboorteland middernacht had geslagen, om één uur nog een keer. Ze sloten dan de armen ineen en zongen het eeuwenoude en van nostalgie vergeven ‘Auld Lang Syne’: “Should auld acquaintance be forgot, and never brought to mind?” (“Zou ik mijn oude vrienden dan moeten vergeten…?”).

Oud en Nieuw vierden de Engelsen tweemaal, eerst om twaalf uur en nadat met het tijdsverschil ook de klok in hun geboorteland middernacht had geslagen, om één uur nog een keer.

Achteraf gezien realiseren de nu overgebleven Engelsen zich dat hun Slikkerveerse kolonie de oudere dorpelingen soms moeten hebben gestoord. Toen de stadse arbeiders uit Engeland op zondag hun auto’s op straat repareerden, liepen de kerkgangers hen met opgetrokken neus voorbij. “Maar ik snap het”, bekent één van de vrouwen, “want we hadden veel lawaaiige feesten in de flats. En er waren wel eens drunken fights…”

En zo schreden de jaren zeventig voort. De mannen werkten hard aan nieuwe schepen, als lassers, pijpfitters, ketelmakers en snijbranders. De vrouwen bakten hun angel buns,  crumble pies, toffee apples en Yorkshire puddings. De kinderen (met onderscheidende namen als Andrew en Duncan, Graeme en Janice, Mark en Barbie) speelden buiten in grote groepen; als ze soldaatje speelden, wilden ze allemaal in het Britse leger zijn.

Schaatsen leerden deze kinderen maar moeizaam, met Sinterklaas waren ze al snel vertrouwd. Lesley Harding, die slechts van haar vijfde tot haar tiende in Nederland op school zat, kost het dertig jaar later geen enkele moeite een perfect klinkend “Zie ginds komt de stoomboot…” van haar tong te laten rollen.

Een feest bij één van de Engelsen thuis, ruim 35 jaar geleden. Te zien zijn Jimmy Wilson, de Schot Jimmy Fergis, Jeanette Blair en Joan Chamley. Bron: Kelvin Wilson

Thuis in Slikkerveer, echter, vloeiden de beide talen in elkaar over. “Put it in the kast”, klonk het typisch, of “I have to go to the ziekenhuis.” In het gezin Wilson heette de Vlaamse televisiezender ‘Belgy’. Op school klonken de kinderen als ieder ander (“zo, dat is gaaf, zeg!”), maar thuis schakelden zij over naar het vreemde Engels van hun ouders. “Aye man, I kna’…”

Terugkeren of blijven

Van de tientallen Engelse gezinnen die in de jaren zeventig de overstap naar een nieuw leven hadden gemaakt, zijn er tegenwoordig nog maar een handvol over. Niet alle immigranten konden aan Nederland wennen. Sommige mistten hun thuisstad met pubs en ‘fish quays’, velen het Engelse landschap van beken en groene heuvels. Eén van de stellen deed wat uit het Engels vertaald een ‘maanlicht vlucht’ zou heten: ‘s-nachts hoorde men gestommel op de trap, de volgende ochtend bleek hun flat leeg.

“Put it in the kast”, klonk het typisch, of “I have to go to the ziekenhuis.”

De grootste aderlating kwam in de jaren tachtig van de vorige eeuw toen ook in Nederland de scheepswerven over de kop gingen. Hangend tussen een werkloos bestaan in dit land of onzekerheid in hun moederland, kozen veel van de Engelsen voor het laatste. De tweetalig opgevoede kinderen van de blijvers trouwden met de zonen en dochters van Ridderkerkers; de kleinkinderen hebben vaak namen die doelbewust in beide talen uit te spreken zijn.  Ashley. Jennifer. Caitlin. Lucas. Robin.

Bij de recente uitvaartdienst van één van de kernleden van de Engelse gemeenschap (al sinds juni 1974 in Slikkerveer) leek de integratie voltooid toen men er haar favoriete nummer van Frans Bauer speelde. Maar op het moment dat één van haar kleinzonen, een gewone Hollandse tiener met gel in zijn haar, opstond om zijn verdriet uit te spreken, waren zijn familie’s diepe Engelse wortels te horen in het ouderwetse koosnaampje dat hij gebruikte. Hij mistte, fluisterde de jongen, zijn ‘nana’…

Over de auteur

Kelvin Wilson is archeologisch reconstructietekenaar voor tentoonstellingen en boeken. Zijn werk was wereldwijd in musea te zien. Bij een serie informatiepanelen die hij ontwierp over de geschiedenis van de gemeente Ridderkerk voegden zich enkele jaren terug ook de panelen bij het kasteel van zijn geboortestad, Newcastle upon Tyne.

1 reacties

Anoniem 07 september 2024

My name is Alan Lacey, see my photo with Lisle Wilson. I was presently surprised to come across this post that brought back so many memories for my wife Georgetta and l. Thank you.

Redactie 11 september 2024

Thank you for your comment, Alan. We're happy this story brought back some memories of this undoubtedly special time!

Plaats een reactie

Verzenden

Heb jij een verhaal over de Zuid-Hollandse geschiedenis?

Welk verhaal mag volgens jou niet ontbreken op deze website? Deel je verhaal of tip met de redactie! Lees de voorwaarden en tips voor het schrijven van een verhaal.

Ontvang de laatste verhalen in je mailbox

Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe publicaties? Abonneer je dan op onze nieuwsbrief!

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.