Naar overzicht

Met Louis Couperus terug in Den Haag

Frans van der Linden
— 1 reacties

In 2023 is het honderd jaar geleden dat de Haagse schrijver Louis Couperus stierf. Ondanks dat de hofstad in de afgelopen eeuw veel is veranderd, zijn er nog steeds plekken die herinneren aan Couperus.

Honderd jaar geleden, op 16 juli 1923, stierf vrij plotseling op zestigjarige leeftijd Louis Couperus, niet in Den Haag maar in De Steeg, bij Arnhem, waar hij van zijn ‘oude dag’ wilde gaan genieten.

Wie was deze schrijver die zoveel van Den Haag hield maar de stad met haar vaak enghartige coterieën, toch vaak ontvluchtte? Zodra hij er de kans toe kreeg vertrok hij naar het zuiden, vooral naar Italië. Daar vond hij een vrijere levenssfeer en dompelde hij zich in het  klassieke verleden, dat hem zo inspireerde. Hoewel ‘Zo ik iets ben, ben ik een Hagenaar’ een gevleugeld woord is geworden staat daar tegenover zijn bewering een ‘herboren Romein’ te zijn.

Stel je voor dat hij in onze tijd zijn geboortestad zou bezoeken, dan zou hij veel in de stad niet herkennen, maar de wijk waarin zijn Haagse romans zich afspelen zou hij praktisch ongeschonden terugvinden. Je zou bij wijze van spreken zijn romanfiguren daar nog steeds op straat kunnen tegenkomen. Dat had hij in zijn stoutste dromen niet durven hopen. Hij zei zelfs dat over een eeuw niemand meer romans zou lezen, dus ook de zijne niet. Dat is gelukkig niet het geval, sterker nog, zijn romans behoren tot de kern van de Nederlandse literatuur en spreken ook veel mensen uit onze tijd nog steeds aan.  

Laten wij in gedachten eens met hem terug gaan naar het Den Haag van zijn tijd, meer dan een eeuw geleden. Zijn geboortehuis ligt aan de Mauritskade 43 en draagt een gevelsteen die aan hem en zijn werk is gewijd. Vroeger grensde het huis aan het terrein van de Alexanderkazerne. Die is in de jaren dertig na een brand gesloopt en heeft plaats gemaakt voor appartementengebouwen aan het huidige Louis Couperus plein.

Er pal tegenover ligt het hoge bruggetje dat Couperus vereeuwigt heeft in zijn Haags-Indische roman Van oude mensen, de dingen die voorbijgaan (1906). In dat verhaal loopt de oude heer Takma elke middag naar zijn vroegere minnares mevrouw Dercksz, die in een van de eerste huizen woont. Hij is er trots op dat hij het bruggetje haalt, zij het moeizaam, maar fier rechtop. Het misdadige verleden van die twee heel oude mensen vormt de intrige van de beroemde roman.

Als kind moet Couperus ook heel wat keren over het bruggetje  gelopen hebben op weg naar zijn familie in het Willemspark. In deze wijk liggen verreweg de meeste voetstappen van de jonge Louis. In de mooie witte villa aan de Sophialaan nr. 9 woonde grootvader Reijnst, gepensioneerd als Indisch ambtenaar, zoals veel familieleden van Couperus. Grootvader was weduwnaar en Mej. Kuypers, de huishoudster, trakteerde de kleine Louis op lekkere koekjes, als hij aan de hand van Mama met zijn wandelstokje zijn opa bezocht.

Aan de overkant van de deftige laan ging het er heel wat rumoeriger aan toe, want daar woonde op nr. 12 het grote gezin van oom Guillaume Baud. Het huishouden werd met strakke hand geleid door tante Wilhelmina, een zus van papa Couperus. Neef Louis regisseerde hier als ‘signor Luigi’ tableaux vivants bij familiefeesten. Daaraan deden zijn neven, nichten, vrienden en vriendinnen van harte mee. Ook Betty Baud, zijn latere echtgenote die zijn speelkameraadje was geweest in Batavia, waar de families toen tijdelijk woonden. Zij woonde als wees bij haar grootouders. Het moet een gastvrij, gezellig gezin geweest zijn daar aan de Sophialaan. In de tuin van de villa las Couperus zelfs stukken van zijn debuutroman Eline Vere (1889) voor aan zijn nichtjes.  

Verder wandelend steken wij de Javastraat over en komen aan op het Nassauplein. Op nr. 4 woonde het gezin Couperus tussen 1878 en 1884 na terugkomst uit Batavia. De hernieuwde kennismaking met zijn geboortestad betekende een grote teleurstelling voor de puberende Louis, die toen een jaar of veertien was. Het huis beviel hem niet en de tuin noemde hij een gat. Logisch na de vorstelijke villa in een parkachtige tuin aan het mooiste plein van Batavia. Daar kwam bij dat hij met veel tegenzin naar de  H.B.S. aan het Blijenburg moest. De schoolcarrière van Louis was een regelrechte ramp. Hij werd na de tweede keer zittenblijven in de derde klas van school gehaald. Zowel de gepensioneerde vader Couperus als Johan ten Brink, zijn leraar Nederlands ontfermden zich daarna over hem. Zij wisten zijn aanleg voor talen en geschiedenis met succes te stimuleren. Hij bloeide op en publiceerde zijn eerste gedichten. Tot ieders verrassing verschenen in 1887 in de Haagse krant Het Vaderland de wekelijkse afleveringen van Eline Vere, het boek dat hem op slag beroemd maakte.

Intussen had de familie een nieuw huis laten bouwen aan de deftige Surinamestraat, parallel aan het Nassauplein. Het grote dubbele herenhuis op nr. 20, thans residentie van de ambassadeur van Egypte, was ruim genoeg om ook de jongste zoon Louis als aankomend schrijver onderdak te bieden. Niet voor niets staat aan het begin van de straat een prachtig, goed gelijkend borstbeeld van de Haagse schrijver die deze wijk in zijn romans met zo veel liefde beschrijft.

Als je de Surinamestraat uitloopt en in de Javastraat komt, vind je op nr. 17 het Louis Couperus Museum. Hier leeft Couperus voort in tentoonstellingen, lezingen en bijeenkomsten.

Couperus is een groot schrijver die nog steeds gelezen wordt. Waar ligt dat aan? In de eerste plaats aan zijn fenomenale inlevingsvermogen, waardoor hij feilloos mensen tot leven weet te wekken. Zijn romanfiguren overbruggen daardoor met gemak de honderd jaar die ons van hem scheiden. Zijn psychologisch inzicht en zijn virtuoze stijl zorgen ervoor dat zijn romans allerminst gedateerd zijn. Integendeel, Couperus blijft de meest levende dode schrijver van Nederland.

Bezoek het Louis Couperus Museum

Het Louis Couperus Museum is geopend van vrijdag tot en met zondag van 13 -17 uur. Het museum organiseert Couperuswandelingen al dan niet gecombineerd met een boottocht waarbij je alles van de buurt waar Couperus zich thuis voelde ervaart. Bekijk meer hier meer informatie over het museum.

Over de auteur

Frans van der Linden is medewerker bij het Louis Couperus Museum.

1 reacties

Astrid Brongers 18 mei 2023

Aan het Lange Voorhout staat ook een beeld van Couperus. Het is een pracht van een beeld. Ik ben er gek op.

Plaats een reactie

Verzenden

Ontdek meer

Heb jij een verhaal over de Zuid-Hollandse geschiedenis?

Welk verhaal mag volgens jou niet ontbreken op deze website? Deel je verhaal of tip met de redactie! Lees de voorwaarden en tips voor het schrijven van een verhaal.

Ontvang de laatste verhalen in je mailbox

Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe publicaties? Abonneer je dan op onze nieuwsbrief!

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.