Naar overzicht

Schelpenadelaren en zeewierswastika’s: hoe de Duitse bezetter zijn tijd doorkwam aan de Atlantikwall

Nick Warmerdam
— 2 reacties

Tijdens de Tweede Wereldoorlog was het Zuid-Hollandse kustgebied een van de drukste en grootste bouwplaatsen van ons land voor de aanleg van de Atlantikwall, de Duitse verdedigingslinie langs de westgrens van het Derde Rijk. Minder bekend is dat de bezetter tijdens de oorlog druk was met bouw en onderhoud van talloze sierperkjes, ornamenten, ‘mozaïeken’ en zelfs complete grasmatten. Bekijk verbluffende foto's uit de archieven.

Wat in 1940 begon als een reeks simpele wacht- en controleposten groeide vanaf 14 december 1941 uit tot de grootste verdedigingslinie van de 20e eeuw, de Atlantikwall. De uitbouw vond gefaseerd plaats tijdens verschillende bouwcampagnes. Uiteindelijk bestond de Atlantikwall uit een verzameling van zelfstandig opererende - en rondom verdedigbare - steunpunten met bunkers, loopgraven, versperringen en talloze andere bouwwerken om de militairen te faciliteren.

Deze complexen werden met tactisch geplaatste of aaneengesloten gordels van versperringen als een figuurlijke ‘ketting’ aan elkaar geregen tot een linie. De bezetter bouwde in Zuid-Holland voor de Atlantikwall alleen al meer dan 375 individuele militaire complexen die in verschillende verdedigingsgebieden waren geclusterd. Als ook de overige complexen die in het achterland worden meegerekend, dan komen er hier nog honderden bij.

Grotere bunkerstellingen leken bijna op kleine dorpjes met elk een eigen bezetting en zodoende een eigen cultuur en identiteit

Kleine dorpjes in het duin

De bouw en bezetting van de Atlantikwall brachten een enorme bedrijvigheid met zich mee. Vele duizenden Duitse militairen verbleven aan de Zuid-Hollandse kust in en rondom hun aarde-, houten, bakstenen of betonnen verdedigingswerken. Ze voerden hier jarenlang hun dagelijkse diensttaken uit, bouwden nieuwe verdedigingswerken en spendeerden hier een groot deel van hun vrije uren. Zeker de grotere bunkerstellingen leken bijna op kleine ‘dorpjes’ met elk een eigen bezetting en zodoende een eigen cultuur en ‘identiteit’. Geen enkel complex was hetzelfde. Dat gold voor de militaire inrichting en basale infrastructuur, maar ook voor de verdere indeling van de ruimte rondom de verdedigingswerken en het gebruik hiervan.

In de basis diende de inrichting van de verschillende steunpunten een functioneel doel en was er sprake van een hoge mate van standaardisatie. De militairen hadden desondanks toch de nodige vrijheid om de complexen op kleine schaal naar eigen inzicht in te richten. Hier hoorde naast functionele bouwwerken ook sierlijke perkjes, kleine moestuinen, plantenbakken, borders en paden met hekjes bij.

Deze toevoegingen zorgden voor een aangenamer en huiselijker verblijf, maar het gezamenlijk inrichten en eigen maken van een complex had ook andere voordelen. Het hielp met de onderlinge verbroedering tussen soldaten, het verhoogde de moraal, het ging verveling tegen en diende in enkele gevallen ook nog een praktisch nut doordat het complex beter werd onderhouden en beplanting voor betere camouflage zorgde. Ondanks dat het op grote schaal voorkwam, is het toch een relatief onbekend onderwerp dat weinig wordt beschreven.

In de bakken zat kapuzinerkresse, Oost-Indische kers.

Militair huiselijk

We weten vooral op basis van Duitse soldatenkiekjes hoe en op welke schaal de militairen de stellingen ‘eigen’ maakten. Dit geldt overigens ook voor de persoonlijke inrichting van de bunkers en barakken. Op kaart of in geschreven bronnen komen we voor Zuid-Holland zelden voorbeelden tegen. Waarschijnlijk omdat het persoonlijke toevoegingen waren die niet tot de primaire verdedigingstaken behoorden en zodoende niet van belang werden geacht. Verfraaiing van bunkerstellingen kent ook verschillende schaalniveaus en weinig standaardisatie.

Het hing gedeeltelijk samen met de duur van de legering, omvang van het complex, aantal gelegerde militairen, aanwezige voorzieningen, locatie en vooral creativiteit van de militairen. Zo ontstond in vier jaar tijd niet alleen een diversiteit aan complexen en verdedigingswerken, maar ook aan nette paden met borders uit baksteen, kiezels of stammen, sierhekjes uit planken of (berken)stammetjes, perkjes met (permanente) kunstwerken en monumenten, moestuinen, ‘mozaïeken’ en sierlijk beschilderde borden en richtingaanwijzers.

Het fraaie met het praktische combineren

Bij het verfraaien van de complexen kregen de militairen geen carte blanche. De creatieve aanpassingen mochten bijvoorbeeld geen afbreuk doen aan de primaire militaire functie en ze mochten de zichtbaarheid vanaf land en vooral vanuit de lucht niet vergroten. Militairen keken dan ook goed waar ze de bestaande, noodzakelijke infrastructuur en inrichting konden aansluiten en waar perkjes en kunstwerken wel mogelijk waren.

De twee waren in veel gevallen goed te combineren. Een voorbeeld is de aanleg van verharde paden. Deze werden door de bezetter in veel permanent bezette steunpunten aangelegd om eenvoudig van en naar de verschillende verdedigingswerken te komen. Een bijkomstig voordeel was dat hiermee meteen werd voorkomen dat een wirwar aan goed waarneembare olifantenpaadjes en verstuivingen ontstonden.

De bezetter gebruikte in het duin onder andere houten ‘vlonders’, stoeptegels, klinkers, grind of andere vormen van verharding die voor handen waren. Hier lieten ze het niet bij zitten. Het bood een mooie gelegenheid om mooie afrasteringen te maken en het geheel in parkachtige stijl op te fleuren. Op foto’s uit Noordwijk en Den Haag zijn paden met stoeptegels en klinkers zichtbaar, waarlangs hekwerken van berkenstammen en/of planken zijn aangelegd. De randen konden verder zijn voorzien van een border van keien, stammetjes of schuin geplaatste klinkers/tegels met her en der wat bloemen of planten. Kleine, simpele toevoegingen die een groot verschil maakten voor de aanblik van een stelling.

Militairen konden ook kiezen om de toegangspartijen van loopgraven of bunkers van vaste plantenbakken te voorzien. Het voordeel was dat deze bakken niet zichtbaar waren vanaf land of lucht, maar wel voor de manschappen die hier uit het raam van hun grauwe verblijf keken. Bij Hoek van Holland werd dit onder andere toegepast op de Beer, bij enkele houten keerwanden van bunkertoegangen. In de bakken zat kapuzinerkresse (Oost-Indische kers). Een plant die niet alleen mooie oranje bloemen geeft, maar waarvan de verschillende onderdelen ook nog eens goed eetbaar zijn. Het zal niet de enige plant zijn geweest die hier in het duin in een bak of plantsoen werd gepoot. Ook andere eetbare gewassen, zoals aardbeien kwamen voor.

Foto’s uit de oorlogsjaren tonen verder kleine perkjes die al dan niet van een border waren voorzien of los geplante struiken en sierlijke ornamenten. Door de beperkte omvang deden ze weinig afbreuk aan de militaire functie en de camouflage van de verdedigingswerken. Hierin konden struiken, boompjes en kleurrijke sierplanten worden geplaatst. De meeste beplanting kwamen uit de directe omgeving van de stellingen of het verdedigingsgebied. Zeker in het Westland en de Bollenstreek was genoeg voor handen. Verder konden zaden en pitten worden geplant die overbleven na het eten van stukken fruit, of uit een eerder verblijf waren meegenomen om eventueel als aandenken te planten. Door de diversiteit moet het een bijzonder geheel geweest zijn. Het is jammer dat de zwartwit-foto’s de kleuren niet tonen en de perkjes niet overal goed op de foto zijn gezet.

(Foto: collectie Peter de Krom)
  • Adelaar van schelpen
  • Adelaar van schelpen
  • Swastika van schelpen en zeewier
  • Swastika van schelpen en zeewier
Klik mij aan!

Uitgesproken ‘kunstwerkjes’

Minder subtiel en meer uitgesproken waren sierperkjes met daarin beeltenissen of ‘mozaïeken’ van politieke symbolen, militaire objecten, heraldische wapens, emblemen van eenheden, adelaren of (propaganda)teksten. Deze sprongen door de vorm en het kleurgebruik behoorlijk in het oog bij bezoekers. Vanuit de lucht zal de zichtbaarheid niet zeer groot zijn geweest, omdat de omvang hiervoor te beperkt was, veelal kleiner dan 2x1 m.

De militairen maakten soms ware kunstwerken. Ze gebruikten hiervoor lokale materialen, zoals schelpen, zeewier, kiezels, baksteen, drijfhout, takken en bloemen. Een standaard was er niet. De creativiteit van de hier gelegerde mannen bepaalde hoofdzakelijk wat werd gebruikt en aangelegd. Het gekozen tafereel bepaalde dan weer welke materialen en ‘kleuren’ wenselijk waren om dit correct weer te geven. Door met verschillende materialen te werken was het mogelijk om toch het nodige detail te verkrijgen.

Foto’s uit Zuid-Holland laten vooral veel politieke en militaire symbolen zien, zoals runen, helmen, ijzeren kruizen en adelaren. Vooral de adelaren leken populair onder de soldaten. Ze werden in de gehele provincie in stellingen aangelegd en vervolgens trots op de foto gezet om aan het thuisfront te tonen. Dergelijke ‘mozaïeken’ lagen onder andere op het eiland De Beer bij Hoek van Holland en in een infanterie- of luchtafweerstelling nabij Noordwijk (volgens opschrift). Op De Beer gaat het om een ruim twee meter grote adelaar die met schelpen, zeewier en hout op het dak van een bunker is aangebracht. De foto toont ook nog wat nieuw aangeplante struiken en enkele mariniers die hier trots bij poseren. In Noordwijk is de adelaar ook reden om op de foto te gaan. Een op wacht staande Luftwaffesoldaat poseert hier voor een klein perkje waarin met twee kleuren zand en stukken steen de door hun gedragen wegvliegende adelaar is aangebracht.

De militairen brachten in en rondom de verdedigingswerken verder diverse spreuken, citaten of teksten aan. Ook hier is de thematiek divers, van politiek en militair tot humoristisch. De meeste teksten zijn in bouwwerken terug te vinden. Enkele malen werd door soldaten blijkbaar ook gekozen om spreuken of tekst in de ‘tuinaanleg’ mee te nemen. Zo besloten de landmachtartilleristen van Batterie Hillegom om op een flauwe duinhelling of ondergewerkte bunker op een vlak van plaggen of gras onder een ijzeren kruis met swastika met stukken hout de tekst ‘Zum unserm Führer!’ aan te brengen.

Dergelijke sierlijke perken komen aan de gehele Atlantikwall voor en doen bijna denken aan een meer primitieve variant van 19e of vroeg 20e-eeuwse mozaïekbedden. Door de gekozen materialen waren ze wel minder duurzaam. Hoe lang ze zichtbaar bleven is niet duidelijk. Dit hangt onder andere af van de locatie en de gebruikte militairen. Bij een mozaïek uit schelpen zal dit enkele dagen of hoogstens enkele weken zijn geweest als het terrein in de luwte lag en er sprake was van weinig verstuivingen. De perkjes met vaste bloemen of struiken, hout en steen zullen wel maandenlang hebben bestaan.

Een op wacht staande Luftwaffesoldaat poseert hier voor een klein perkje waarin met twee kleuren zand en stukken steen de door hun gedragen wegvliegende adelaar is aangebracht.

Grasmatten in het duin

Beplanting had aan de Atlantikwall ook wel degelijk een militair strategisch nut. Zo kon ze helpen de verdedigingswerken te camoufleren en zand vast te houden. De Duitse bezetter deed talloze pogingen om de sterk stuivende duinen beter te stabiliseren en de hinder van het zand tegen te gaan. Het moet een flinke klus zijn geweest om alle loopgraven en bunkers zandvrij te houden en ze gelijktijdig zoveel mogelijk aan het zicht te onttrekken. Door de omvangrijke bouwwerkzaamheden en alle militaire activiteit nam de overlast in de stellingen soms flink toe, waardoor extra maatregelen noodzakelijk waren. Het opnieuw beplanten was een van oplossingen die hiervoor werd gevonden.

Het meest voor de hand lag het terugplaatsen van helmgras. De militairen deden hun best om mooie raaien aan te leggen, maar het had niet altijd het gewenste effect: helm stopt het stuiven niet en de kaalgeslagen vlakken waren vaak te groot. Een andere optie was het aanleggen van complete plaggendekken. Zo’n grasmat bleef niet lang groen, maar het was wel effectief. Het verminderde het lokale stuiven, het maskeerde de stellingen en bunkers vanuit de lucht, het was makkelijk te onderhouden en de laag blijvende vegetatie zorgde voor een open en vrij schootsveld. Aan de Zuid-Hollandse kust waren verder genoeg polders, plantsoenen en grasvelden om plaggen te winnen. In Noordwijk werden onder andere de velden van de Noordwijkse Golfclub afgeplagd en in Den Haag werden naast plantsoenen ook de velden in de omringende polders gebruikt om plaggen te winnen. Het Westland was hier uitermate geschikt voor.

Kwetsbaar erfgoed

Dit verhaal geeft slechts een paar voorbeelden uit de provincie, maar er zijn nog veel meer verhalen te vertellen: zo bestonden er verder moestuintjes en waren in de (bunker)stellingen in enkele gevallen hokken voor konijnen, varkens en andere dieren aanwezig. De diversiteit is enorm. Tegenwoordig zijn in de overgebleven bunkercomplexen nauwelijks stukken van deze fragiele, lokale stellingsinrichting bewaard gebleven.

Na de oorlog werden de meeste complexen ontmanteld, (gedeeltelijk) gesloopt, onder het zand gewerkt of juist hergebruikt en opnieuw ingericht. De minder duurzame paden, perkjes en sierplantsoenen met tijdelijke kunstwerkjes, verdwenen hierbij als eerste. Misschien dat ooit nog een prachtig mozaïek van een adelaar of heraldisch wapen onder het zand vandaan komt, maar tot die hebben we in ieder geval de soldatenkiekjes nog.

Met dank aan

Dit verhaal kwam mede tot stand dankzij fotograaf Peter de Krom en bunkerexpert Jeroen Rijpsma.

Over de auteur

Nick Warmerdam is senior adviseur archeologie bij Erfgoedhuis Zuid-Holland. In zijn vrije tijd is Nick betrokken bij verschillende projecten rondom de Atlantikwall in de provincie.

2 reacties

George 19 april 2023

Bedankt voor deze mooie interessante inkijk in het verleden.

Astrid Brongers 04 mei 2023

Het lukt me niet om een adelaar te herkennen. Ik zie alleen maar schelpen. Heb ik een bril nodig , of betreft het hier een adelaar die al weggevlogen is ?

Redactie 11 mei 2023

Beste Astrid, door het perspectief van de foto is het wellicht moeilijk te herkennen. In de laatste foto van de fotocarrousel in het artikel is het beter te zien. 

Plaats een reactie

Verzenden

Heb jij een verhaal over de Zuid-Hollandse geschiedenis?

Welk verhaal mag volgens jou niet ontbreken op deze website? Deel je verhaal of tip met de redactie! Lees de voorwaarden en tips voor het schrijven van een verhaal.

Ontvang de laatste verhalen in je mailbox

Wil je op de hoogte gehouden worden van nieuwe publicaties? Abonneer je dan op onze nieuwsbrief!

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.